Over haar recente werk zegt ze zelf:" Inhoudelijk zijn het vaak tekens , die zeggen-hier is een grens.
Hier begint een ander domein.
Het –hoe en waarom- van mijn werk is moeilijk in woorden te vangen.
De taal van de beeldende kunst is immers anders dan de gesproken of geschreven taal.
In de domeinen van de beeldende kunst heerst een veelheid aan vormen, structuren en kleuren.
Ik zoek binnen die veelheid mijn essenties.
Door te kiezen en door het overbodige te verwijderen.

.

Ik werk ruimtelijk en in het platte vlak.
Soms combineer ik.
Deze werkwijze voert mij dus naar grensgebieden.

Ik zoek de plekken van overgang van het ene domein naar het andere.
De plekken tussen het hier en nu en het daar en later.
Symbolen van die plekken zijn poorten, doorgangen en grenspalen.

.

Soms is de structuur zelf– of het door de tijd aangetaste gevonden object – het beeld waardoor de overgang naar het andere domein plaats vindt.
Het trekt als het ware de aandacht door zich heen naar elders. Een aanleiding om te associëren.

Structuren die zo vitaal en krachtig zijn behoeven nauwelijks een ingreep. Zij zijn het moeilijkste te bewerken, teveel slaat dood. Ik moet mijn behoefte tot bewerken en (be)schilderen dan erg beheersen. Dan moet het gevoel leiden en moet ik steeds maar kijken of het klopt